Pakezel: De Actros als autotransporter

Reportage

De transporter.

Chauffeur Haralabos Mantes transporteert waardevolle voertuigen, bijvoorbeeld S-Klasse of politieauto’s, voor autotransporteur Mosolf. Hiervoor is rust en precisie nodig, en daarom maakt hij gebruik van een nieuwe Actros 2443 met Kässbohrer-opbouw.


Even het gaspedaal intrappen: rechts heeft de wagen 4 centimeter ruimte, links zelfs 10. Voor Haralabos Mantes, die zijn hoofd uit het raam van de Mercedes-Benz CLS 350 CDI steekt, is dat behoorlijk veel. Hij rijdt de gloednieuwe wagen vlot het onderste laaddek op. Hier is een man aan het werk die precies weet wat hij doet. Hij maakt zich alleen eventjes zorgen om de voorskirt, die slechts enkele millimeters boven de stalen rand het laaddek op rolt. Hij laat rustig het gas los en rijdt nog een paar centimeter verder, om het veren van de schokdempers te voorkomen. Gelukt. Het voertuig staat op zijn plaats. Als Mantes, die door iedereen ‘Babis’ wordt genoemd, uitstapt, schitteren de zeven paar sleutels in zijn hand in de middagzon.

Hier in het autopark bij de vestiging van autotransporteur Mosolf in Illingen heeft Babis zeven Mercedes-Benz personenwagens uit de A- tot en met E-Klasse op zijn nieuwe Actros met speciale Kässbohrer-opbouw Variotrans pro geladen. Mosolf vervoert als een van de grootste Duitse autotransporteurs ook de premiummerken en rijdt voor klanten met een groot personenwagenpark. En omdat Babis de wagens dikwijls zelf laadt, heeft hij al zo’n beetje in elke auto gereden die het hart van autoliefhebbers sneller doet kloppen. Zelfs de politie heeft hem al eens achtervolgd. Niet omdat hij een verkeersovertreding had begaan, maar omdat hij een nieuwe sport­wagen had geladen die de agenten graag een keer van dichtbij wilden zien.

Of hij al eens in een S-Klasse heeft gereden? “Ja, natuurlijk”, zegt hij nuchter. In een Porsche 911? “Ook.” In een politieauto? “Uiteraard.” Kinderlijke blijheid klinkt op de een of andere manier toch anders. Misschien is het bij iemand als Babis een beetje zoals bij de medewerkers van een chocoladefabriek: na zo veel jaren komen er zelfs bij het meest fantastische product, waarop klanten in heel Europa met spanning wachten, nauwelijks nog gevoelens naar boven.
Want of het nu om een smart of S-Klasse gaat, de opdracht luidt altijd: “De auto’s moeten heel bij de klant aankomen! Dat is het enige belangrijke”, aldus de in Griekenland geboren Babis. En daarbij merk je dat hij trots is op zijn beroep als autotransporteur: ”Niet het automodel is belangrijk, maar dat ik altijd kwaliteitswerk lever. Fouten zijn erg duur”, zegt Babis, die regelmatig auto’s met een totale waarde van een miljoen euro op de aanhangwagen heeft staan. En er is nog iets belangrijks: “Onze chauffeurs moeten ofwel slank ofwel erg lenig zijn, omdat ze zich op de smalle opbouw telkens door de krappe deuropening in de auto’s moeten wringen”, legt Babis uit.

’s Middags heeft hij in de plaats Kirchheim unter Teck de nieuwe Actros van zijn collega Viktor overgenomen. Hier, voor de poorten van Stuttgart, bevindt zich ook het hoofdkantoor van Mosolf. Dit in 1955 opgerichte familiebedrijf beschikt over ongeveer 800 speciale autotransporters in heel Europa.

Na het laden in Illingen wordt er koers gezet naar de Mercedes-Benz fabriek in Gaggenau. Op de A8 richting Karlsruhe is er wat tijd voor een gesprek. “Ik hou er eigenlijk niet van om overdag te rijden”, vertelt Babis, die vaak ’s nachts onderweg is. “Daarom”, zegt hij, en hij wijst naar buiten, waar het verkeer om hem heen vastloopt als gevolg van wegwerkzaamheden. Waarom hij de airco niet aanzet? “Die zet ik meestal pas aan als ik al een tijdje onderweg ben en nog een heel stuk te gaan heb”, legt hij uit en steekt een cigarillo op.

Ook nu komen de geladen auto’s nauwelijks ter sprake. Als Babis al over een voertuig praat, dan is het zijn nieuwe Actros. Want die heeft echt het een en ander te bieden: als Mercedes-Benz testvoertuig is hij uitgerust met allerlei nieuwe dingen. Opmerkelijk voor autotransporters is bijvoorbeeld de voorloopas. Deze voorkomt bij de steeds zwaarder wordende auto’s dat de toegestane aslast wordt overschreden en hij kan bij lege ritten omhoog worden gebracht. Verder zijn er nieuwe sensoren en besturingstechniek voor de verschillende rijassistentiesystemen ingebouwd.

Plotseling mindert zijn Actros automatisch vaart: “Ah”, zegt Babis, “het gaat bergaf. Nu grijpt de PPC in.” De ondersteuning van de Predictive Powertrain Control (PPC), die eveneens bij wijze van test aan boord is, wordt door de chauffeur enorm gewaardeerd. Evenals de automatische afstandsregeling, die bijvoorbeeld ingrijpt als de van tevoren ingestelde afstand tot de voorligger niet wordt aangehouden. “Daarmee zou je in de toekomst alle voertuigen moeten uitrusten. Dat zou veel botsingen voorkomen”, aldus de 50-jarige Babis.


Met dynamiek en veel assistentiesystemen is de nieuwe Actros optimaal uitgerust voor gebruik in het autotransport.


De intelligente rijassistentiesystemen bevallen hem. Misschien ook omdat hij zelf nog graag bijleert. Zo heeft hij FleetBoard leren waarderen: “Er is nu eenmaal niet altijd iemand die tegen mij zegt wat ik goed doe en wat beter zou kunnen. Daarom is de FleetBoard-indicator in het combi-instrument geweldig.” En het bezorgt hem een heel bijzonder plezier: “Ik rijd altijd graag zuinig. En nu probeer ik mijn verbruik telkens nog een klein beetje verder te verlagen. Het is als de highscore in een videogame die je wilt verbreken.”

In 1986 trad de destijds 23-jarige Babis in dienst bij Mosolf. Hij voelde zich meteen thuis bij het bedrijf en bleef er: “Mosolf, dat is voor mij mijn tweede thuis geworden. Leuke collega’s en ook altijd goede trucks”, zegt de vader van twee inmiddels volwassen dochters.

Babis’ scherpe blik en zijn planningstalent zijn belangrijk. Hij doet meer dan alleen het op- en afladen van de auto’s. Hij plant zijn ritten zelf en bepaalt ook welke auto op welke plaats staat. Dit is vaak afhankelijk van de automodellen: “Sommige voertuigtypen zijn zo hoog, die passen eigenlijk nooit”, zegt hij lachend. “Ook de tendens naar steeds bredere en hogere personenwagens, bijvoorbeeld SUV’s, is een uitdaging voor ons.”

Babis ligt goed op schema. Het plaatsnaambord Gaggenau wordt gepasseerd. “Er is achter niemand meer om de goederen aan te nemen. U moet zelf even kijken wat u doet”, zegt de beveiligingsbeambte bij de poort van de Mercedes-Benz fabriek en ze geeft Babis een teken dat hij door mag rijden. Door de jarenlange samenwerking is er een vertrouwensband ontstaan.

Babis zoekt een hoek op het fabrieksterrein uit en laat zien hoe snel hij in zijn eentje zes parkeervakken kan vullen. In rap tempo heeft hij de stangen en banden losgemaakt waarmee de auto’s op de aanhangwagen bevestigd zijn en heeft hij de laaddekken hydraulisch laten zakken. Een kwartier en een paar instapacties op 3 meter hoogte vanaf de smalle steunbalken van de opbouw later staan er zes gloednieuwe Mercedes-Benz personenwagens in de laatste beschikbare parkeervakken van de fabrieksafdeling. Nadat Babis het fabrieksterrein heeft verlaten, rijdt hij langs bloeiende fruitbomen naar de Mercedes-Benz dealer in Achern, waar de laatste E-Klasse wordt afgeladen.

Zonder lading rijdt hij over de A5 vlak langs Straatsburg naar Kippenheim. Hier bevindt zich een van de grootste autoparken van Mosolf. Er staan zo’n 35.000 auto’s geparkeerd, die later verder worden vervoerd. In de grote werkplaatsen op het terrein voert Mosolf talloze diensten voor zijn klanten uit: van het opknappen van personenwagens tot en met het volledig uitrusten van politieauto’s met mobilofoon, speciale folie en zwaailicht.


Het laden van de waardevolle vracht vergt absolute precisie van Haralabos ‘Babis’ Mantes.


Als Babis zich bij de poort meldt, verdwijnt de zon al achter de bomen. Over een poosje is het zo donker dat de lampen van de gigantische lichtmasten aanspringen. Nu kan Babis nog een andere troef uitspelen. Het indirecte verlichtingssysteem, dat Mercedes-Benz en Kässbohrer samen ontwikkeld hebben, zorgt ervoor dat alle delen van het onderste laaddek gelijkmatig verlicht worden: “Dat is echt fantastisch”, zegt Babis verheugd. Niet alle laadplaatsen zijn namelijk met strijklicht verlicht: ”Licht is veiligheid: als ik zie waar ik kan rijden of kan gaan staan, is dat een enorm voordeel. Veel opbouwen hebben vaak maar één grote schijnwerper. Maar het licht ervan verblindt of er staat net een auto voor”, aldus Babis.

Een uur later zijn alle acht voertuigen ingeladen. Het is nacht geworden. Na een korte pauze in de Zebra Lounge op het terrein zelf rijdt Babis opnieuw naar Kirchheim. Over tweeënhalf uur zal hij zijn nieuwe Actros daar aan zijn collega Viktor overdragen. Viktor is evenmin erg geïnteresseerd in de automodellen, maar vindt het – uiteraard – veel belangrijker dat ze veilig worden afgeleverd.

Nog geen reacties