Het tweede deel van het Noorse avontuur

reportage

Na elke tunnel weer een nieuw uitzicht!

We volgen de vrienden Jos Verwer en Gerard Reijers op hun Actros roadtrip door Noorwegen. Prachtige routes brengen hun op de meest afgelegen bestemmingen. Maar er wordt ook hard gewerkt om op tijd te lossen.


Mocht je het eerste deel gemist hebben >> lees het hier.

Rit 2: Bodo -  Bogoy – Oslo (1640 kilometer).

Als om half zeven het ontbijtje binnen is, rijden Jos en Gerard naar het laadadres in Bogoy, 220 kilometer ten Noorden van Bodo. Het uitzicht boven de poolcirkel verandert. De bomen maken plaats voor een rotsachtig maanlandschap en de wind neemt voelbaar toe. Aangekomen op het laadadres wordt het geduld op de proef gesteld. Als drie uur later de oplegger is volgeladen met 31 pallets verse zalm, zet Jos de koeler op -3 graden. Zo wordt het restwater uit de bakken ook bevroren in de oplegger en voorkomen ze dat water uit de oplegger lekt. De politie controleert hier streng op en de boetes zijn niet mals. Met een treingewicht van 44 ton begint de rit naar het zuiden. Het gewicht van de combinatie vergt meer concentratie achter het stuur. Tijdens de kilometerslange klimmetjes van 8 tot 10% verbruikt de Actros soms wel 50 liter op de honderd kilometer! Tijdens het dalen doet de motorrem zijn werk om de remmen te ontzien. Maar ook dan moet de motor toeren maken. Dat het brandstofverbruik hier een stuk minder belangrijk is, begrijpen ze wel. Het is niet te vergelijken met de lange vlakke stukken in West Europa. Toch ervaren beiden de meerwaarde van de Predictive Powertrain Control (PPC) die zelf de schakelstrategie bepaalt. Als Jos de auto na middernacht stilzet voor 9 uur rust, bromt de koelmotor zachtjes door. Het monotone geluid werkt slaapverwekkend. Jos: “Zeker na een dag vol indrukken, ben je wel aan slapen toe. Dan doet dat bed in de GigaSpace cabine niet onder voor het Hilton.”



Als de volgende ochtend om 8.00 uur de wekker gaat, is het opfrissen, ontbijten en koffie. Een uur later start Jos de motor en rijden ze verder in de richting van Oslo. Hoewel het regent, is het uitzicht prachtig. In het glooiende landschap wisselen bossen en fjorden elkaar af en is het na elke tunnel weer een nieuwe verrassing welk uitzicht ze nu weer vanuit de Actros hebben. Het is 11.30 uur als een telefoontje van de planning  de route helemaal omgooit. Jos en Gerard moeten van oplegger wisselen met een andere N&K Spedition auto in de buurt van Trondheim. Deze is leeg en kunnen ze een paar kilometer verderop laden met isolatieplaten die weer richting Bodo mogen. Dit avontuur stopt dus al na 998 kilometer.

Rit 3:  Trondheim – Neverdal (726 kilometer).

Het is 14.00 uur. Zelf laden met isolatieplaten is appeltje eitje. Het enige kunstje met de 26 pallets is het afpakken van de achterste 2. De tweede verdamper in de oplegger neemt namelijk net te veel ruimte in voor de hoge pallets. Met 5.500 kilo aan isolatiemateriaal zetten Jos en Gerard koers naar Neverdal. Omdat er twee routes zijn, de kortste met een veerboot of een iets langere over land, wordt overlegd met de planning in Oslo. Het wordt de landroute via Mo i Rana. Het treingewicht van 26 ton rolt lekker over de Noorse wegen. En de ervaring met het rijden is ook terug te zien in de gemiddelde snelheid die richting de 65 km/h gaat. Als bij Mo i Rana de navigatie in opstand komt en Jos 2 keer dezelfde woonwijk doorkruist, duurt het even tot de E-6 weer gevonden wordt. De laatste 150 kilometer naar Neverdal gaat weer flink over heuvels van 8 a 10%. Het is nacht en het valt Gerard op dat er slechts 1 tegenligger opduikt in 3,5 uur tijd. Als het losadres wordt gevonden in de vroege morgen, parkeert Gerard naast een restaurantje om lekker te gaan slapen. Om kwart over negen wordt de slaap ruw verstoord. Een dame klopt op de cabine en roept: “Restaurant is open now! Coffee?” Dat klinkt ook met slaperige ogen als een goed plan. Als even later het isolatiemateriaal wordt gelost, krijgen Jos en Gerard de opdracht leeg naar het eiland Soranoy te gaan. Met de boot.



Rit 4:  Neverdal – Soranoy (60 kilometer).

De boot vertrekt vanaf het vaste land in Sund, slechts 60 kilometer vanaf Neverdal. Gerard: “Een boot is een mooie aanvulling op ons avontuur. De route naar Sund is prachtig, net als heel Noorwegen eigenlijk.” De boot is krap. Met 15 personenwagens en 3 vrachtwagens wordt de oversteek gemaakt naar het eiland. In de haven ligt ook meteen het laadadres, een visverwerker. Daar aangekomen, blijkt de lading nog niet klaar te zijn. Morgenmiddag, op z’n vroegst krijgen Jos en Gerard te horen. Wil de vis niet bijten? In overleg met het hoofdkwartier in Oslo maken ze er maar het beste van. Met een afgekoppelde Actros trekker rijden ze over het eiland naar een hotel met een goede keuken. De volgende ochtend kan Jos het niet laten om het water van slechts 7 graden in het fjord te trotseren. Gerard peinst er niet over…. Als de Actros aan het einde van de middag weer naar het laadadres wordt gereden, is het hoogst onzeker of ze wel aan de beurt komen vandaag. De boot naar het vaste land vertrekt om 19.50 uur. Met het zweet in de handen gaan de laatste pallets er om 19.45 uur in en rijden ze nog net op tijd de boot op. Een flinke rit naar Oslo voor de boeg!



Rit 5:  Soranoy – Oslo (1250 kilometer).

“Net op tijd!” zucht Jos. “De planning had er al rekening mee gehouden dat we het niet zouden halen en ons verteld er maar het beste van te maken. Maar Gerard en ik hebben als ‘ervaren’ Noorwegen-chauffeurs de druk er vol op gezet. Gelukkig kunnen we door.” Gerard rijdt het eerste stuk. Op papier hebben ze 19.980 kilogram verse vis aan boord. Maar Gerard gelooft er niets van: “Het voelt echt een stuk zwaarder”. Achteraf blijkt hij het goed gevoeld te hebben. Bij het lossen blijkt het totaal treingewicht 46 ton te zijn. Toch genieten de 2 van de Actros die juist nu zijn spierballen laat zien. De Mercedes-Benz trekker stampt op de steile klim met 30 km/h omhoog in zijn zevende versnelling. “Wat een Power!” roept Gerard. Als uren later de rijtijd van Gerard er bijna opzit, ontwaakt Jos verbaasd. In dit tempo, kunnen ze in de middag al lossen in Oslo. Ook de planning hangt even later aan de lijn om te checken of de gps gegevens wel kloppen. Trots bevestigen Jos en Gerard dat ze om 17.00 uur op dok 2, terminal 1  aandokken. Die twee Nederlanders flikken het toch maar even.



Wanneer Jos de terminal opdraait om exact 17.00 uur, mogen ze afkoppelen en lopen ze naar de planning waar de fleetmanager van N&K Spedition hun opwacht. Omdat er nu verplicht 24 uur weekendpauze moet worden gemaakt, worden ze door de fleetmanager uitgenodigd om in Oslo een hapje te gaan eten. Na een douche in het hotel stappen Jos en Gerard in de taxi die al voor hen klaarstaat. Wat volgt is een heerlijk ontspannen avond met veel napraten over het avontuur en een late avondwandeling door Oslo. De volgende dag begint in alle stilte. Een rustige opmaat naar een drukke laatste week die begint met een kneiter van een rit naar het noordelijke Tromso. Bijna 2000 kilometer tot ver boven de poolcirkel.

Maar daarover meer in deel 3!

2 reacties